Let’s get real: Echt eten

Ellisje? Kom je eten…? Bij ons werden vroeger alle maaltijden, elke dag, aan tafel gegeten. Zonder tv, boek of krant, gewoon met zijn viertjes samen eten. O ja, en er werd gegeten wat de pot schaft. Helemaal niet erg hoor, de pot schafte eigenlijk altijd lekker eten. Maar als kind heb je toch iets meer moeite met spruitjes, bieten en bleekselderij. Nu vind ik dit allemaal heerlijk, mwah bleekselderij is eigenlijk nog steeds niet mijn favoriet… 

Anyway, ik ben erg blij dat mijn ouders dit vroeger altijd hebben toegepast. Want, naast dat het een gezellig moment was, en ik nu bijna alles lekker vind (de baby- en kinderjaren zijn bepalend voor je smaakontwikkeling), eet je echt. Dit klinkt misschien raar, maar echt eten: Eten met aandacht, tegenwoordig ook wel ‘mindful’ eten genoemd is belangrijker dan je denkt. 

Het gebeurt steeds vaker dat, door tijdsdruk, haast of gewenning mensen voor de tv eten, lunchen achter hun laptop, tijdens het ontbijt de laatste updates op Facebook checken en ik zie zelfs weleens mensen op de fiets ontbijten… Dit is allemaal niet zo raar want met onze drukke leventjes zijn de eetmomenten, vaak de momenten van rust, en daarmee de momenten wanneer we eindelijk eens tijd hebben om te Netflixen of te Snapchatten. Begrijpelijk, dat zeker, maar beter niet, want dit is namelijk een van de grootste redenen waardoor mensen overeten, spijsverteringsproblemen creëren en overgewicht hebben.

Met aandacht eten is niet alleen lekkerder en smaakvoller, je eet ook meteen een stuk rustiger wat beter is voor je spijsvertering. Wanneer je allerlei andere dingen aan het doen bent terwijl je eet, dan eet je namelijk veel sneller dan wanneer je hier echt de tijd voor neemt. Een beeldscherm geeft zo veel afleiding, dat je niet eens door hebt hoe snel je je bord of een zak chips leeg eet. Je staat als het ware op een automatische piloot. Je spijsvertering start bij de meeste voedselsoorten al in je mond, wanneer je te snel eet neem je niet voldoende tijd om dit verteringsproces op te starten, hierdoor gaat het te snel en in te grote stukken naar je maag. Waar het langer blijft, aangezien de maag harder moet werken, meer moet doen en soms zelfs bepaalde stoffen mist. Je kunt begrijpen dat dit niet goed is voor je spijsverteringsproces. Je kunt hier last van krijgen, in de vorm van gasvorming, buikpijn, darmkrampen en een opgeblazen gevoel.

Goed kauwen is een belangrijk onderdeel van echt eten. Nu hoef je echt niet op elk hapje 32 keer te kauwen, maar wel goed en rustig kauwen totdat het echt klaar is om doorgeslikt te worden. Je zult merken dat je je voldaan voelt na de maaltijd in plaats van overvol met een opgeblazen gevoel. Wanneer je moeite hebt om langzaam te eten, probeer dan eens te eten tot je ongeveer voor 80% vol zit. Je zult merken wanneer je je hersenen de tijd geeft, jij je ongeveer 10 minuten na de maaltijd voldaan voelt, niet vol en dat je geen honger meer hebt.

Een ander pluspunt van eten met aandacht is dat je je hersenen betrekt bij het proces. Zij zijn namelijk diegene die registreren wanneer je genoeg hebt gehad. Als je voor een tv, tablet of laptop eet, dan krijgen jouw hersenen zoveel andere impulsen die overheersen waardoor zij niet goed of helemaal niet kunnen aangeven/een seintje sturen wanneer jij voldoende hebt gegeten. Hierdoor ga je automatisch overeten, wat onder andere resulteert in spijsverteringsklachten en uiteindelijk kan dit leiden tot overgewicht.

Door echt te eten, ga je je eten ook veel meer waarderen. Doordat je met aandacht gaat kauwen en proeven, ga je het ook met veel meer aandacht koken en bereiden. Dus weg met al die schermen en ga echt eten! Organiseer een etentje met vrienden, probeer nieuwe recepten uit, ga lekker (binnen) op de grond picknicken, lunch niet achter je computer maar neem er de tijd voor. Proef, kauw en geniet, dan kun je daarna ook weer met een frisse focus aan het werk, sporten of lekker Netflixen. En als je een ontbijt persoon bent, sta dan ietsje eerder op zodat je de dag begint met een voldaan gevoel en je niet snel op de fiets een boterhammetje naar binnen hoeft te werken.

Foto: Ellis van Kempen