Advertorial

Eet vaker plantaardig voor jezelf en voor de wereld


Plantaardig eten is de toekomst. Het is de makkelijkste manier om een steentje bij te dragen aan het klimaat. Het is een misopvatting dat de beste eiwitten uit vlees komen en er bestaan veel fabels rondom plantaardige producten. Neem nou margarine. Margarine staat bij veel mensen niet al te best bekend. Sterker nog: ze denken dat margarine een restproduct is uit de petroleum-industrie. Mooi niet. Margarine is in de meeste gevallen 100% natuurlijk en plantaardig. Het is een goed alternatief voor (room)boter en past prima in een vegan dieet.

Bijna alle margarines van Becel zijn zo vegan als maar kan. En toch vinden veel mensen het door de vele vooroordelen nog steeds geen goed alternatief voor (room)boter. Zonde want Becel is namelijk goed voor jou en heeft een veel kleinere CO2-footprint dan boter. Om uit te vogelen wat nu wél of juist helemaal niet waar is als we het over margarine hebben, gingen wij aan tafel met Judith van der Sluijs, diëtist en voedingsdeskundige.

Plantaardige voeding beter voor het milieu
Judith: “Steeds meer mensen kiezen voor een volledig plantaardig eetpatroon en dat juichen wij alleen maar toe. Al eet ik zelf heus nog wel eens een stuk kaas of een stukje vis, maar zeven dagen in de week vis of vlees? Liever niet. En wist je dat de uitstoot van roomboter wel 3x hoger is dan die van margarine? Ik ben me er bewust van dat het consumeren van dierlijke producten vaak veel dierenleed met zich meebrengt en de productie van al die stukken vlees in de supermarkt heeft een slechte impact op het milieu. Het produceren van dit voedsel kost veel grondstoffen (zoals kunstmest, brandstof voor landbouwvoertuigen, et cetera) en is goed voor meer dan een kwart van alle door mensen veroorzaakte uitstoot van broeikasgassen.”

Veel onverzadigde vetten
“Judith: De Gezondheidsraad raadt aan om genoeg onverzadigde vetten te eten om het cholesterol gehalte in het bloed op peil te houden. Dierlijke vetten bevatten vaak een hoog gehalte aan verzadigd vet, waar plantaardige vetten vaak juist rijk zijn aan onverzadigde vetten. De switch naar een meer plantaardige voeding zal over het algemeen dus leiden tot een lagere inname van verzadigd en een hogere inname van onverzadigd vet. Een te hoog cholesterolgehalte is namelijk een risicofactor op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Daarnaast kunnen we niet zonder bepaalde essentiële onverzadigde vetten. Omega 3 en 6 vetzuren kan het lichaam zelf niet aanmaken en moeten we dus uit voeding halen. Vetten zijn bovendien een energiebron voor je lichaam en bevatten in vet oplosbare vitamines (A, D, E en K).”

Het belang van omega-3 vetzuren
Judith: “Iedereen weet dat Omega 3 veel voordelen heeft voor je gezondheid. Het zorgt voor een toename van het goede cholesterol HDL en het verlaagt slechte LDL cholesterol. Becel met omega-3 is één manier om het plantaardige Omega 3 ALA binnen te krijgen. Visolie bevat de vetzuren EPA & DHA, het lichaam kan ALA omzetten in EPA & DHA maar dit gaat erg inefficiënt. Het is dus belangrijk om ook via andere bronnen Omega-3 binnen te krijgen. Maar een sneetje met Becel Original zorgt al voor 27% van de dagelijkse aanbeveling Omega-3.”

Is kokosolie een wondermiddel?
Judith: “Steeds vaker lees je over kokosolie en het zou een wondermiddel zijn. Toch moet je nooit overmoedige raken door dit soort berichten. Ja het is prima, maar met mate. Want kokosolie of vet bevat het hoogste gehalte aan het ‘slechte’ verzadigde vet van alle oliën. Teveel verzadigd vet verhoogt het cholesterolgehalte in het bloed. Een hoog cholesterolgehalte verhoogt het risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. In twee producten van Becel proef je kokos omdat hier wat kokosolie aan is toegevoegd. Deze producten, een spread voor op brood en een vloeibaar bakproduct, zijn zo samengesteld dat ze nog steeds overwegend goede onverzadigde vetten leveren. Alles waar té voor staat is nooit goed om in jouw lichaam te stoppen.”

Hoe zit het nou met palmolie?
Judith: “Palmolie bestaat voornamelijk uit verzadigd vet (slecht vet). Het wordt in veel voedingsmiddelen gebruikt om zijn voordelen qua structuur en omdat het verreweg de meeste opbrengst heeft per hectare. Het grote nadeel van palmolie is dat er veel bossen worden gekapt om op deze plekken palmolie plantages aan te leggen. Voornamelijk Indonesië en Maleisië lijden hieronder. Dat is jammer want het gaat ten koste van de flora en fauna. Dit gebeurt door de populariteit van avocado’s net zo. En quinoa wordt ook al een probleem. Toch is palmolie nodig in veel producten, zoals ook in margarine. Hier zorgt het voor de smeuïge structuur, doordat het mengen van het vaste vet met de vloeibare plantaardige oliën het tot een smeerbaar product maakt (in vloeibare margarine zit geen palmolie). Bij Becel wordt maar een kleine hoeveelheid palmolie toegevoegd, zodat nog steeds > 75 % van het product uit goede onverzadigde vetten bestaat. De palmolie in Becel is afkomstig van plantages met een RSPO keurmerk. Een keurmerk dat aangeeft dat het gebruik van deze olie niet ten koste gaat van natuurbossen en de leefomgeving van dieren.”

Bevat margarine veel transvetten?
Judith: “Er wordt vaak beweerd dat margarines (Becel) veel transvetten bevat. Dit is niet juist!. Transvetten worden gevormd wanneer oliën procesmatig gedeeltelijk gehard worden. Eind jaren 90 werd bekend dat transvetten erg slecht zijn, aangezien ze het cholesterol in het bloed verhogen, en daarmee niet goed zijn voor de hartgezondheid. Sinds dit bekend is, zijn ze voor de productie van margarines van deze techniek afgestapt. De vloeibare plantaardige oliën in Becel worden nu smeerbaar gemaakt, door een kleine hoeveelheid van nature vast vet toe te voegen. Becel bevat al meer dan 25 jaar minder dan 1% transvetten, afkomstig uit plantaardige oliën. Transvetten zijn de enige type van de onverzadigde vetten (gezonde vetten) die wel schadelijk zijn voor de gezondheid. Ze hebben een cholesterol verhogend effect, en dat moet je niet hebben.”

Hoe zit het met de vitamines A, D en E
Judith: “Plantaardige oliën bevatten, van nature, in variërende hoeveelheden, vitamine E. Vitamine E uit bijvoorbeeld plantaardige oliën draagt bij tot de bescherming van cellen tegen oxidatieve stress. Zonnebloemolie is bijvoorbeeld de olie met het hoogste vitamine E gehalte. Margarines zijn verrijkt met de vitamines A en D. Vitamine A uit caroteen in wortels dragen bij aan een goed zicht.
Je lichaam is ook in staat zelf vitamine D aan te maken onder invloed van UV-straling uit zonlicht. In de winter krijg je vaak niet voldoende zonlicht voor een optimale vitamine D aanmaak. Een laagje margarine op je boterham kan dus zorgen voor een mooie aanvulling. En dit is handig; zeker in de winterperiode dus. Vitamine B12 krijg je echt alleen via dierlijke producten binnen. Daar moet je als vegan wellicht een voedingssupplement voor slikken, anders kan er een tekort ontstaan.”

Beter voor jezelf
Bijna een kwart van ons eten is momenteel van dierlijke oorsprong terwijl een meer plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon een positievere uitwerking heeft op je gezondheid. Plantaardige voeding kenmerkt zich door een ruime hoeveelheid groenten en fruit, peulvruchten, noten, volkorenproducten en plantaardige vetten en oliën. Dierlijke producten hebben een relatief hoog gehalte aan verzadigde vetten, waar het merendeel van plantaardige oliën, noten en zaden rijk is aan enkelvoudig en/of meervoudig onverzadigde vetten. Kokosolie daarentegen is wel rijk aan verzadigd vet, je moet dit dus niet te vaak gebruiken. De gemiddelde Nederlander kan op dit moment nog veel veranderen in de dagelijkse voedselkeuze. Voor duurzaamheid maar ook voor zichzelf. Want teveel verzadigde vetzuren, alcohol en zout zijn simpelweg slecht. Kortom, doe jezelf en de aarde een plezier, en eet plantaardig!